Buitenechtelijke relatie

Ik heb een verhouding.

Met een man. Al een paar jaar inmiddels.
Het is best een ingewikkelde relatie die ik met deze vent heb. Ik zie hem dan ook maar heel weinig, veel te weinig naar mijn zin. Zo weinig dat ik hem laatst maar heb gebeld.
Dat doe je ook niet zomaar, alleen als je echt wanhopig bent, dan doe je dat.

Ik kreeg hem niet zelf aan de lijn toen ik belde. Ik denk dat het zijn secretaresse was. Ik heb heel discreet gevraagd of ze wilde doorgeven dat ik hem weer eens wilde zien. Want ik hou van zijn prestaties.
Dat laatste heb ik er niet bijgezegd uiteraard, alleen gedacht.

Gisteren is hij langs geweest. Best snel na het telefoontje. Maar ja, ik betaal hem er vorstelijk voor.
Dus.
Toen hij gisteren langskwam, was ik er zelf weer net niet. Wel vond ik een briefje in de brievenbus. Dat briefje bracht me danig in de war. Want tot nu toe schreef hij me nooit briefjes.

Nu schijnt een brief veel te zeggen over een persoon. Alleen al aan het handschrift kun je zoveel aflezen. Dat weet ik door een vroegere fascinatie voor handschriftanalyse. Volgens Amerikaans onderzoek kan je handschrift aanwijzingen geven voor maar liefst 5.000 verschillende persoonlijkheidskenmerken. Ga d’r maar aanstaan.
Dat is bij het ene handschrift natuurlijk gemakkelijker dan bij het andere handschrift.
Mijn handschrift is bijvoorbeeld behoorlijk ingewikkeld. Zelfs voor doorgewinterde grafologen. Mijn handschrift kan er op de ene dag totaal anders uitzien dan op een volgende dag. Wat zeg ik, per moment kan het zelfs veranderen. En als ik een pen gebruik die kort daarvoor door een collega is gebruikt, dan schrijf ik plots in haar handschrift.
Dat was best eng toen ik me dat ging realiseren. Wat zou dit zeggen over mijn persoonlijkheid? Wisselend? Meervoudig? Dissociatief?

Natuurlijk blijven er wel terugkerende patronen in mijn handschriften. Die terugkerende patronen zijn namelijk het belangrijkste bij de analyse. Het opvallendste is dat het handschrift van mij meestal wat slordig is. Het ligt voor de hand om nu aan te nemen dat ik tamelijk slordig of vies ben, ik hoor u wel denken. Maar nee, ik hou best van schoon. Daarbij is optisch schoon is mijn persoonlijke specialiteit. Het schoonmáken is wel een dingetje en het moeilijkst vind ik het om tot het schoonmaken te komen. Meestal ga ik eerst maar even lezen ter ontspanning vooraf en vervolgens alles op een rijtje zetten. Soms is er daarna nog wel tijd over om wat te poetsen.
Maar om kort te gaan; opgeruimd en schoon, daar hou ik van.

kopje koffie, glazenwasser, poetsen, ramen, relatie, schoon
kopje koffie?

Vandaar mijn liefde voor de man waar ik die moeilijke verhouding mee heb. Ik zou het een haat-liefde verhouding kunnen noemen.
Wanneer hij zich namelijk heel lang niet laat zien, dringen zich echt een soort haat-gevoelens aan me op. Zoals in de afgelopen maanden.
Voor de kerstdagen zat ik al op hem te wachten. Ik tuurde door de groezelige ruiten naar buiten. Mooi dat meneer niet kwam, voor zover ik het al had kunnen zien.
Niettemin, zo gauw hij is geweest, heeft mijn leven opeens weer stukken meer glans, als ik naar buiten kijk.

Ja ik heb een moeilijke relatie met mijn glazenwasser. Mijn man weet ervan.

Ik begrijp hem vaak ook niet helemaal. Het is namelijk gebeurd dat ik op een bepaald moment ten einde raad mijn ruiten aan de buitenkant zelf maar eens heb gelapt, om mijn leven wat meer glans te geven. Nog dezelfde dag stond hij voor mijn deur. Hij wilde weten of het goed was dat hij de ruiten ging doen.
Ik bedoel maar! Dat ie niet zag dat ze al blinkend schoon waren. Of in ieder geval optisch schoon.
Nou, op dat moment heb ik hem ook wel afgewezen.

Maar, hij is weer terug! Ik kan gewoonweg niet zonder.
En… ik heb een handgeschreven brief. Die kan ik wel lekker gaan analyseren.
Het is geschreven in een heel vrouwelijk handschrift en dat kan gecompliceerd worden, want dat handschrift past van geen kant bij het beeld dat ik van hem heb. Vrouwelijk is hij bepaald niet, met zijn ongeschoren wangen, warrige grijze haarbos en onbetwiste mannelijke zweetlucht. Nee, ik laat me niet voor de gek houden want daar zie ik ook de sterke verticale lijnen in de letters. Deze zullen wel aangeven dat hij niet bang is om de lucht in te gaan.
De glazenwasser, op de ladder natuurlijk, stevig op de ladder voor de bovenste ramen.
(Ja, voordat jullie rare dingen gaan denken).

Goed, het rechte handschrift geeft bovendien aan dat hij logisch en praktisch in ingesteld.
En kijk ik dan naar de manier waarop hij de ‘b’ schrijft bijvoorbeeld, dan zegt dit over deze persoon dat hij een gezonde kijk heeft op geld streeft naar een rechtvaardige beloning.
Yep, er zit heel veel in.

Maar uiteindelijk gaat het wel om de boodschap.

Want, ik word over 3 maanden weer ingepland.

afspraak, date, glazenwasser, verhouding

Wat denk je; Mooi dat ik geen tegenbericht ga geven!

Briljant

Hoewel ik soms twijfel of mijn bloedjes wel iets van ons hebben geërfd, blijkt het verzinnen van nieuwe woorden, proeven en herkauwen op mooie woorden en het geven van bijnamen hen een even groot plezier te doen als ons.

Ik weet het, een twijfelachtige, weinig zinvolle gave, maar je wordt ermee geboren.

Natuurlijk zouden we veel meer hebben kunnen bijdragen aan de wekelijkse eredienst bijvoorbeeld, wanneer we een muzikaal talent hadden meegekregen en doorgegeven. Er zijn hier echter alleen felgekleurde plastic muziekinstrumenten te vinden, die ik redelijk goed – slecht vindbaar heb gemaakt vanwege de oorverdovende herrie die het meestal voortbrengt. Onze grootste muzikale bijdrage op dit moment houdt wel op bij een heerlijk luisteren. O wacht, én natuurlijk onze F., die we vanaf haar geboorte ‘kleine f, grote terts’ noemen. Ik heb werkelijk geen idee wat dat betekent, daarvoor luister ik te weinig naar radio 4, maar het bekt zo lekker en het klinkt wel als een goede omschrijving voor onze jongste dochter.

Ook Baas B. is ook goed andere dingen, hij is een goede grote broer voor BillyBoy, die nu dankzij hem online galaxy life speelt en kan inloggen met ‘Billemans’. Jongste zoon voelt zich echter niet in het minst beledigd, lacht er hard om en slaat daarbij nog eens op z’n billen.

Kleine f. is sneller beledigd dus daar moet je mee uitkijken. Ze vertelde aan tafel over het grote aantal kinderen in haar klas dat plotseling slecht kan zien. Ook zij twijfelt momenteel aan haar gezichtsvermogen. Broer en zus twijfelen daarop weer hardop aan haar motieven. F-je speelt het goed en vertrouwt ons toe dat, mocht er op enig moment sprake van zijn dat er een montuur moet worden uitgekozen, M. degene is die er een mag uitzoeken. Die is vereerd en houdt voor even haar mond.

F-je vertelt verder en zo horen we dat Willis uit haar klas, een bril zal krijgen. Mijn grootste mankind roept dan, geheel in de lijn der gave en opvoeding: ‘Hoe heet Willis dan als hij een bril heeft?’ Juist, daar gaan we dan: ‘Brillis, hahaha’. Dan weet de volgende ook nog wel een; als Wilma een bril moet? Brilma!

En Ilse? Brilse, en Brilbert

En als tante Jantje een bril moet? ‘Briljantje!’

‘He Sil’ horen we baas B. even later op de gang roepen, ‘en hoe heet jij als je een bril moet?’… ‘Bril!’ roepen ze proestend.

Briljant ja…

briljant