Ik moet wat bekennen.
Ja, aan het einde van het jaar ga je toch wat nadenken over het afgelopen jaar. De balans opmaken – als je wilt.
En ik geeft toe; ik heb er persoonlijk echt niks van gebakken. Ik was werkelijk een waardeloos mens dit jaar.
Ik ben het vertrouwen in mijzelf als goed mens compleet verloren. Vorig jaar had ik er nog geen last van, toen was ik nog best wel oké met mijzelf. In de loop van het afgelopen jaar veranderde dat wat. Misschien had het te maken met de verandering in de samenleving. Ik merkte dat ik het moeilijk vond om een ‘nieuw mens’ te zijn. De regels van het nieuwe normaal deden mijzelf een beetje pijn.
Misschien is het tijd voor een biecht, dat lucht vaak op immers?
Sinds we hoorden dat we moesten wennen aan een nieuw normaal werd ik me in toenemende mate bewust van de hardnekkigheid van mijn oude mens-zijn.
Zo houd ik veel te weinig afstand, ik sta vaak binnen 1,5 meter met mensen te praten. Ik merk dat ik mijn neiging om mensen aan te raken niet kan onderdrukken. Alleen de gedachte al, dat ik iemand op de schouder zou willen kloppen of omhelzen, geeft me wel een schuldgevoel, toch ik raak die neiging maar niet kwijt.
Ik vind handen ‘wassen’ zonder zeep met antibacteriële gel ongelooflijk vies, dus in winkels negeer ik gewoon het pompje. En wanneer er een strenge controleur bij staat, doe ik vaak gewoon net alsof. Ik ontsmet geen winkelkarretjes, ik maak ook thuis niet meer schoon dan anders.
Toen de mondkapjes op een bepaald moment tot de uitrusting van de nieuwe mens gingen horen, bleek ik hier totaal niet goed mee om te gaan. Het enige goede is dat ik dan wel niet stiekem een medisch mondkapje gebruik, maar gewoon braaf een niet werkend ding, maar ik frommel ze in mijn zak, ik gebruik ze wekenlang achter elkaar, wanneer je dat al gebruiken zou willen noemen; het hangt vaak wat onder mijn neus te flapperen omdat ik zo nodig weer wil ademen. Soms doe ik ‘m helemaal niet op in een openbare ruimte en glimlach ter compensatie breeduit. Mensen worden boos op mij omdat ik me zo onaangepast gedraag. Vroeger had ik eigenlijk weinig last van boze mensen, maar blijkbaar zijn andere stervelingen beter in ‘nieuw normaal mens’ zijn, dus geven ze me op m’n kop.
Ik lach trouwens ook altijd veel te hard, wat een onvoorstelbare stroom aan verplaatsende vochtdeeltjes uit mijn mond veroorzaakt. Jaren geleden zeiden mijn kinderen al: ‘mam, jij lacht veel te hard, we horen je overal bovenuit’. Ik had toen al kunnen weten dat het niet pluis was.
Mijn kinderen zijn er beter in regels dan ik. Toen mijn jongste zoon een kuchje in zijn keel kreeg en iets minder goed kon proeven, liet hij zich meteen braaf testen. Met een onverschrokken vertrouwen in een goede uitslag, knuffelde ik hem nog eens vaker en zei dat het wel goed zou komen. We stoeiden samen, ik dronk ik een slok uit zijn glas en at een hapje van zijn eten. Maar hij bleek onverwacht ‘positief’ te zijn, wat dan weer negatieve gevolgen heeft. Mijn moederhart kon het niet verdragen om hem in isolatie te stoppen en hem met huishoudhandschoenen te bedienen, en met overmoedig kamikazegedrag dacht ik zelfs; laat mij het dan ook maar krijgen, dan hebben we dat ook maar weer gehad. Wat dan weer niet gebeurde, maar ik bracht zo wel andere levens in gevaar.
Ik bezocht zelfs een paar keer een kerk, met slechts 30 mensen weliswaar, waarbij ik, als ik goed keek uit de contouren de medegelovigen in de grote ruimte kon herkennen. Maar ja, ik zocht het wel op he, het gevaar. Na die tijd maakte ik zelfs praatjes met anderen.
Ik zou nog wel even door kunnen gaan, maar dit zegt al genoeg he. Door mijn schuld liggen al die honderden oude mensen nu te vechten voor hun leven op de IC. Ik besef dat ik wel straf heb verdiend. Van Mark R, of Hugo de J. of Ab O. of Bill G. of Klaus S. of wie er ook maar over de vormgeving van de nieuwe normale mens gaat.
Ik heb zelf al even lopen nadenken over een passende straf. Eerst dacht ik; misschien moet ik voor straf maar Corona krijgen ofzo. Maar na slachtoffers in mijn omgeving te hebben geobserveerd, maak ik me er dan misschien wel erg makkelijk van af, een paar dagen snotteren en kuchen vergoedt niet zoveel duizenden mensenlevens. Dat is niet erg genoeg. Dus misschien nog een extra maand quarantaine? Of voor straf een hele week een mondkapje op, ook over de neus? Zoiets? Wat zouden ze een passende straf vinden?
Wie gaat daar over trouwens, die straffen? Wacht, laat ik weer eens te rade gaan bij mijn Schepper, de Oppermacht. Ik was Hem bijna vergeten.
Mijn Schepper, wat vindt U ervan, heb ik straf verdiend of is er misschien ook vergeving voor mij?
Lieve kind, ben je daar eindelijk weer? Ik zat al te wachten. Waarvoor wil je straf, of waarom vergeving?
Nou ja… ik ben heel ongehoorzaam geweest, ik volg de regels niet op en heb andere mensen in gevaar gebracht.
Heb je genoeg op Mij vertrouwd?
Phoe, nu U het zegt, ik denk dat ik dat wat ben vergeten.
Wie heeft je gemaakt en de levensadem gegeven? Ik heb gezegd: zorg goed voor mijn schepping. Dat begint in de eerste plaats bij jezelf. Zorg je goed voor je lichaam en je geest?
Nou ik doe mijn best.
Goed zo, ga zo door. Zou ik je ooit de adem willen benemen die ik zelf aan je heb gegeven? Geniet van de zuurstof, en voed je lichaam ermee.
Ik heb je gemaakt, en ik hou van jou. Zou ik je ooit aan mij willen binden door je angst aan te jagen? Door te dreigen? Ik wil dat je me uit liefde volgt.
Mijn schepping heeft alles in zich om zichzelf te genezen. Alleen de mens houdt het tegen, niet Ik. Jij bent mijn schepping, zorg voor jezelf en zorg daarna voor de rest van de wereld. Ik ben met jou en in jou en werk door jou.
Ik heb jullie mensen vrijheid gegeven. Wie van Mij houdt is vrij. Vrij om te kiezen.
Ik heb jullie ook een helend vermogen gegeven. Jawel, je hebt ook vermogen om ziek te maken, dat is jouw keuze. Kies je voor Mij dan dien je me met genezing:
Bemoedig met je mooie glimlach de harten van mensen die het zwaar hebben.
Verlicht de harten van mensen met je schaterende lach.
Troost mensen met je aanraking en beur ze op met je omhelzing.
Leef iedere dag voluit en doe je uiterste best om een goed mens te zijn, zoals je bedoelt bent.
Oordeel niet.
Deel royaal liefde uit, want de voorraad hiervan is oneindig. Dat is je opdracht en laat de rest aan Mij over.
Ik heb je trouwens allang vergeven, al voordat je erom vroeg.
Heb je dat begrepen?
Ja, dat heb ik. Ik zal vertrouwen, zal niet oordelen en ik zal liefhebben.
Dus die straf …?
Mijn kind, Ik straf niet graag.
Dus die laten we nu even zitten?
Ja, die laten we zitten. Mijn vergeving is genoeg.